


Op de Grote Suriname tentoonstelling hing een bescheiden schilderijtje met een indrukwekkende en vooral uitzonderlijke scene in de Nederlandse schilderkunst. Het draagt de titel De Slavendans 1707 en is van Dirk Valkenburg. Omdat het werk klein is en er erg veel te zien was op de tentoonstelling, kun je er aan voorbij gelopen zijn. Want het hing een beetje om een hoekje aan een zijkant van een zuil. Daar was het gegroepeerd onder de noemer plantageleven bij Winti (religieuze) attributen.
Op zich een begrijpelijke keuze want op het werk is een ceremonie of feest te zien. De kunstenaar heeft de grote groep ‘feestvierende’ mensen zeer gedetailleerd en gevarieerd weergegeven. Veel aandacht gaat uit naar de glimmende lichamen, met name de vrouwenborsten, en naar de kleding, armbanden en verschillend geknoopte en gekleurde hoofddoeken. Er wordt gerookt, gedronken, gezoend, gedanst, gekeken en gezeten. De gezichten zijn individueel weergegeven. Valkenburg kan zelf getuige zijn geweest van deze gebeurtenis. Of het is een compilatie van gebeurtenissen die hij zag tijdens zijn verblijf op de plantage Palmeneribo. Hij kende deze mensen persoonlijk.


Een van de elementen die mij al lang intrigeren op dit werk is de vrouw met de bh helemaal rechts. Bestonden die toen al? Heeft zij hem uitgevonden (dat hoop ik stiekum). Is het Afrikaans? Er valt nog veel te ontdekken op dit werk en over dit werk
Toch is er al diverse keren over dit schilderij geschreven en het wordt regelmatig afgebeeld in boeken die over de slavernij in Suriname gaan. In kleine kring was het al wereldberoemd en mede om die reden hebben een aantal musea het al eerder in Nederland willen tonen. Maar tot De Grote Suriname tentoonstelling zijn de bruikleenverzoeken steeds afgewezen. Zo ook voor een andere tentoonstelling in de Nieuwe Kerk: Black is beautiful. Rubens tot Dumas in 2008, die ik mocht samenstellen.
Behalve de bovengenoemde eigenschappen en de hoge kwaliteit van het werk is het om nog meer redenen belangrijk. Het is bijvoorbeeld een van de zeer weinige vroege schilderijen waarop dit deel van de 18e-eeuwse in slavernij levende mensen in Suriname is vastgelegd. De enige werken waarmee dit schilderij vergeleken kan worden zijn de schilderijen van Frans Post die in de zeventiende eeuw het plantage leven in het Nederlandse deel Brazilië vastlegde. Maar bij Post zijn het meer algemene scenes en schetsmatig weergegeven mensen. Ook heel bijzonder aan de Slavendans is dat er nogal wat documenten zijn overgebleven over precies deze periode op de plantage. Er is hierdoor meer bekend over mensen die waarschijnlijk op het schilderij door Valkenburg zijn afgebeeld. Want het is gemaakt in de periode dat mensen op de suikerplantage Palmeneribo in opstand kwamen. En het werk stelt hoogst waarschijnlijk de bewoners van juist deze plantage voor.
Linguist Margot van den Berg publiceerde in 2001 over deze opstand in OSO, tijdschrift voor Surinaamse taalkunde, letterkunde en geschiedenis een artikel ‘Mingo, joù no man’; Oud-Sranan in verhoren en verslagen van rechtszaken. En historicus Frank Dragtenstein schreef in OSO (jr 23 /2004) een essay met de titel De opstand op Palmeneribo. Hierin geeft hij een gedetailleerde weergave van de rebellie van slaafgemaakten en noemt hij een groot aantal namen van mensen die mogelijk op Valkenburgs schilderij te zien zijn.
Wat gebeurde er?
Op de plantage woonden en werkten in 1707, toen de opstand uitbrak, 156 slaaf gemaakten en drie Europeanen. Een van die drie Europeanen was Dirk Valkenburg. Hij was door de Amsterdamse eigenaar, Jonasz Witsen op Palmeneribo aangesteld als boekhouder, schrijver en kunstenaar van de plantage. Witsen was nieuwsgierig naar zijn bezittingen en gaf de Valkenburg de opdracht deze vast te leggen tijdens de vier jaar dat zijn opdracht duurde. In zijn contract stond: ‘van alles daer hij syn Const en diensten als boven soude mede kunnen verrigten, namentlijck doeck, pen(s)eelen, verf en Oly, ook sal hem toegevoegd worden een jongen ten synen diensten, te tracteren niet als Slaaf maar als een kind en over delseve niet hart te syn’.

Hoewel je naar aanleiding van bovenstaande instructie over de jongen zou denken dat Witsen zijn menselijke bezit goed gestemd was wilde hij juist dat het regiem op de plantage strenger werd. Er moest harder gewerkt gaan worden en men kreeg minder mogelijkheden zich vrij te verplaatsen. Dit leidde tot de opstand waar Valkenburg getuige van was. Later zou hij er verslag van doen aan het bestuur.
Dragtenstein beschrijft in zijn essay, gebruikmakend van de documenten, de oorzaak en gevolgen van de opstand. Hij noemt hierbij een groot aantal participanten. Het begint allemaal met de opdracht die de gloednieuwe beheerder Christiaan Westphaal kreeg van eigenaar Witsen om de suikerproductie op te voeren. Wally, een van de slaaf gemaakten, verklaarde later dat zij niet nóg vroeger wilden opstaan en hij had anderen weerhouden naar de suikerrietvelden te gaan. Daarbij kwam, en daarmee sloeg de vlam echt in de pan, dat het verkeer tussen de plantages werd beperkt. Hiermee werd voor een aantal jonge mannen de route afgesneden naar hun vrouw of vriendin op een andere plantage. Het lukte Westphaal vervolgens niet om deze nieuwe reglementen op te leggen bij gebrek aan mensen. Niemand wilde namens hem straffen met zweepslagen, men trok een lijn in het verzet. Drie broers, Mingo, Wally en Baratham namen hierin het voortouw. Vooral Mingo had een buitengewoon opstandig en sterk karakter, volgens de overlevering, en liet zich niet makkelijk de les met zweepslag en lezen. Zeker niet toen hij zijn vrouw niet meer mocht bezoeken. Iets wat eerder geen probleem was.

De rebellie van deze broers en enkelen anderen zou op 19 juni 1707 leiden tot een revolte. Later zou Mingo door de bestuurders worden aangewezen als de aanstichter. Hij kwam met Jan Visbeek, directeur van de plantage Surimombo, in conflict over het bezoek aan vrouwen. Visbeek sloeg Mingo hierbij in het gezicht waarna de spanning zo hoog opliep dat Westphaal de korjaal (kano waarmee van plantage naar plantage kan worden gevaren) van Mingo in stukken hakte. Mingo dreigde hierna zelfmoord te plegen. De volgende dag verzamelde de slaafgemaakten zich voor het huis van Westphaal en eiste een schadeloosstelling voor de vernieling van Mingo’s korjaal. Westphaal voelde zich bedreigd en schoot een van de eisers, Charle, met hagel in de benen. De woedende groep ging hierna over tot het gooien van stenen. Valkenburg werd erbij geroepen om Westphaal te helpen. Hij zou later in zijn verslag melden dat Mingo en Wally de grootste onruststokers waren. De laatste kreeg van Valkenburg een klap in het gezicht tijdens de schermutselingen.

Iedereen werd hierna verhoord. ook de rebellen. Hun verhalen verschilden, mogelijk door opgelegde dwang, niet veel met dat van de bestuurders. Na het verhoor werden Mingo, Wally, Baratham, Charle en Joseph veroordeeld tot een langzame dood door verbranding. Het moest vooral lang duren en pijn doen. Baratham kreeg gratie omdat hij goed had meegewerkt tijdens de verhoren. Of de straf echt is uitgevoerd wordt niet helemaal duidelijk in het essay van Dragtenstein. Er is namelijk sprake van gratie voor de mensen van de plantage, maar of deze jonge mannen hier ook onder vielen?

Met deze kennis over de gebeurtenissen kijkt men mogelijk anders naar het werk van Valkenburg. Valkenburg vertrok een jaar na de oproer op de plantage uit Suriname. Hij had vier jaar moeten blijven, maar hield het niet langer dan twee jaar uit. Later werden in een veilingcatalogus van een erfgenaam van Jonasz Witsen in totaal eenentwintig werken van Valkenburg met een Surinaams onderwerp aangeboden. Waaronder tien schilderijen. Op zes waren gezichten op Paramaribo te zien. En een had de titel: Plegtigheid onder de Neegers. gestoffert met een meenigte lieden en kinderen.

Het schilderij zal waarschijnlijk weer te zien zijn op de Slavernijtentoonstelling van het Rijksmuseum in 2021. Hopelijk is er dan nog meer onderzoek gedaan naar de mensen op deze plantage.
Een ander werk van Valkenburg met een Surinaams onderwerp is in 1963 door het Rijksmuseum gekocht in de Franse kunsthandel.

Zie onder andere ook: A van Schendel, Een stille plantage in Suriname door Dirk Valkenburg, 1707, Bulletin van het Rijksmuseum 11e jr nr 3 (1963)
Chr. P. van Eeghen, Dirk Valkenburg-boekhouder-schrijver-kunstschilder voor Jonas Witsen, in: Oud Holland vol 61 (1946)
Elmer Kolfin, De muze met een missie. Verbeeldingen van slavernij in de West c 1650-1860, Oso jaargang 16 (1997) (online bij DBNL)
About me:
In 2008 I was guest curator of the exhibition Black is beautiful. Rubens to Dumas. Important advisors Elizabeth McGrath (Rubens and colleagues, Warburg institute Image of the Black in Western Art collection), Carl Haarnack (slavery in books), Elmer Kolfin (slavery in prints and paintings) en Adi Martis (contemporary art). Gary Schwartz made his research for The Image of the Black in Western Art available to me.

In 2012 my Anniversary book: 100 years Schiller 1912-2012 was published. Initiative, idea, text and editing (ES). Design and photography Monica Schokkenbroek.

In 2013 my book Cobra aan de gracht / Cobra on the Canal was published by Samsara publications.

In 2014 my essay ‘Painted Blacks and Radical Imagery in the Netherlands (1900-1940)’ was published in The Image of the Black in Western Art Volume V (I). (ed. David Bindman, Henry Louis Gates jr.)

In 2017 I published a book about the black servants at the Court of the Royal Van Oranje family. More than a thousand documents have been found about their lives. (only in Dutch)

All photos on this site are not intended for any commercial purpose. I have tried to trace all the rules and rights of all images. As far as I know, these images can be used in this way. If you ar a copyright holder and would like a piece of your work removed or the creditline changed then please do not hesitate to contact me.
For more information, please feel free to contact me estherschreuderwebsite@gmail.com
Wat een aangrijpend verhaal zeg.
En ja, mij was het schilderij ook opgevallen in de tentoonstelling.
Ik lees nu dat slavernijtentoonstelling in het rijks in 2021 zal zijn, (ik meende dat hij in komend najaar zou openen).
Veel dank weer voor jouw altijd inspirerende verhalen!
Hartelijke groet,
Mirjam
Mirjam Westen
Curator contemporary art
+3126 3031433
Exhibition in our temporary exhibition space is due to Corona circumstances closed till April 6:
City Life. February 8 â May 17 2020
With: Abdulrazaq Awofeso, Alaa Albaba, Stephanie Bakker & Yvonne Brandwijk, Maga Berr, Mirthe Dokter, Martin Roemers, Nadine Stijns, Su Tomesen, Michael Wolf, Umut Yasat en Susanne Khalil Yusef.
Location: De Kerk, St Walburgisplein 1, Arnhem
________________________________
[new-image001]
Temporary address:
p/a Broekstraat 32
6828 PZ Arnhem
http://www.museumarnhem.nl
[http://arnhemmuseum.nl/beeld/twitter.png]
[http://arnhemmuseum.nl/beeld/facebook.png]
[new-image004]
________________________________
Op de hoogte blijven? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Van: Esther Schreuder
Verzonden: maandag 13 april 2020 11:47
Aan: Mirjam Westen
Onderwerp: [New post] Terugblik op de Grote Suriname tentoonstelling: De slavendans van Dirk Valkenburg
esther schreuder posted: ” De Grote Suriname tentoonstelling in de Nieuwe Kerk van Amsterdam De Grote Suriname tentoonstelling Nieuwe Kerk Amsterdam Op de Grote Suriname tentoonstelling hing een bescheiden schilderijtje met een indrukwekkende en vooral uitzonderlijke sc”
Dank Mirjam. Ik las ergens dat de tentoonstelling in het Rijks een jaar is opgeschoven. Wel zo verstandig lijkt me. Aan de tekst ben ik nog wat aan het schaven. Mogelijk komen er nog wat aanvullingen, als ik de tijd heb. Alles goed bij jullie in Arnhem? Hopelijk valt de gedwongen sluiting voor jullie iets mee.
Hartelijke groet Esther
Beste mevrouw Schreuder,
Bedankt voor deze post! Ik was bekend met dit schilderij, maar niet met het verhaal erachter. Ik heb direct ook het OSO artikel van Frank Dragtenstein gelezen. Wat een aangrijpend verhaal! Ik zou dit graag ook met de lezers van mijn blog (in het Engels) willen delen. Zou ik uw afbeeldingen van het schilderij mogen gebruiken hiervoor? Natuurlijk met vermelding naar uw blog.
Ja dat mag, geen probleem. Wel fijn als er naar mijn blog verwezen wordt en de museumcollecties. Dank!
Hartelijk bedankt! Zal ik doen…!