
Jan Kooij in Harderwijk
Het stadsmuseum van Harderwijk, dat vlakbij het Koloniaal Werfdepot van het Nederlands Oost Indisch Leger ligt, wil vanaf dit jaar aandacht gaan besteden aan de KNIL soldaten in hun stad. Ze hebben hiervoor Jan Kooij van Johan Coenraad Leich in bruikleen genomen van museum Bronbeek.
In 2008 was dit schilderij een van de vele aandachttrekkers op de tentoonstelling Black is beautiful. Rubens tot Dumas in de Nieuwe kerk van Amsterdam. Met dit werk werd de tentoonstelling, naast Supermodel van Marlene Dumas, zelfs geopend. Er waren meerdere redenen waarom ik dit kunstwerk koos (ik kon maar 130 werken verdeeld over zeven eeuwen selecteren). Dit schilderij sprong eruit door de klassieke heldhaftige gepolijste weergave van de militair. Meestal, of bijna altijd, zijn op dit soort portretten in de Nederlandse kunst witte Europese militairen te zien. Hier niet. Maar de wijze van verbeelden was dezelfde. Een andere reden voor mijn keuze was dat het schilderkunstig en inhoudelijk mooi contrasteerde met de werken van Isaac Israels uit dezelfde periode met hetzelfde onderwerp. Één daarvan (Kees Pop) was ook op de tentoonstelling in 2008 te zien.
Een derde net zo belangrijke reden was dat de meeste mensen in Nederland en daarbuiten deze geschiedenis van de Afrikaanse KNIL soldaten in Nederland en Indonesië (Nederlands Oost Indie) niet kenden. Een van de doelen van de tentoonstelling was ‘zwarte’ geschiedenissen en kunstgeschiedenissen te verankeren in de Nederlandse. Die geschiedenissen, waaronder slavernij, gingen veel verder terug, dan men toen aannam. Dat wat betreft de kennis over aanwezigheid van Afrikanen of mensen met een Afrikaanse herkomst in de Nederlanden. Gelukkig zijn de inzichten op dit gebied nu in sneltreinvaart aan het veranderen, dankzij onderzoek van velen en de digitalisering van archieven en kranten. De ene na de andere publicaties voegt nieuwe geschiedenissen en namen toe en musea vertalen dit onderzoek naar tentoonstellingen. Zo ook het Stadsmuseum Harderwijk.
Jan Kooij (of Kooi), de geportretteerde, was in 1882 in het Koloniaal Werfdepot in Harderwijk gelegerd. In dit militaire depot, met een hospitaal, verbleven Nederlandse soldaten die naar de Oost verscheept zouden worden, of Afrikanen die teruggingen naar West Afrika. Deze door Nederland geronselde Afrikanen konden zich ‘vrijkopen’ door voor Nederland te vechten in de Oost. En na jaren vechten mochten ze, als ze dat wilden, terug. Veel mannen bleven uiteindelijk in Indonesië. Kooij is een van de Afrikaanse soldaten die wel terugging. Hij was in Harderwijk op doortocht naar Elmina.
En hij haalde de kranten.
Samengevat: Jan Kooi viel op door zijn dapperheid. Bovendien bleek hij de Nederlandse taal volgens het Overveluws Weekblad, Java bode en Soerabaijasch Handelsblad ‘zuiver te spreken’ en was hij ‘uiterst beschaafd’.
Mogelijk getriggerd door bovenstaande berichten, heeft Leich, die vooral bekend is als schilder van schepen, Kooij als een held geportretteerd. Kooij staat frontaal in beeld. Al zijn medailles zijn duidelijk zichtbaar.
Hij kijkt trots en strijdbaar, met gebalde vuist, de kijker aan. Zijn grijsgroene kleding zit hem strak gegoten om het lijf.
Het schilderij heeft Leich waarschijnlijk voor zichzelf gemaakt, hij schonk het een jaar later, in 1883, aan Museum Bronbeek.
De geschiedenis:
De Nederlanders wilden hun macht uitbreiden naar het gebied Atjeh op Sumatra, want dat was rijk aan pepers en mogelijk ook olie. Tussen 1831 en 1872 wierf het Koninklijk Nederlands-Indisch leger ruim 3000 soldaten op de West-Afrikaanse Goudkust, het tegenwoordige Ghana en Burkina Faso. De Afrikaanse soldaten golden als dapper en onvermoeibaar, maar ook als driftig, opvliegend en zeer brutaal.

De Atjehers wisten echter snel hun leger te moderniseren en sloegen terug waarna een bloedige oorlog volgde die duurde van 1873 tot 1904. Ongeveer 800 West Afrikanen vochten aan Nederlandse zijde tegen de Atjehers. De schilderijen met portretten van Jan Kooij en Kees Pop zijn hier een directe verwijzing naar. De mannen verbleven op loopafstand van het Stadsmuseum Harderwijk.

Literatuur
Ineke van Kessel, Zwarte Hollanders Afrikaanse soldaten in Nederlands Indië, 2005 .
Van Kessel, “Dapper maar zeer brutaal, De Afrikaanse soldaten in het Nederlands-Indisch leger” 2002, pp. 142-143, krantenartikelen: Overveluws Weekblad 5 augustus 1882. De geschiedenis is ook opgenomen in de Gids slavernijverleden Nederland.
film op Youtube over hoe de Afrikaanse mannen werden gekocht >http://www.youtube.com/watch?v=jdl4ko0Hq3Q<
Voor Dutch Wax (Javaanse batik) aan de Goudkust zie >Javaans-Nederlandse kunstenaar aan de Goudkust <
About me:
In 2008 I was guest curator of the exhibition Black is beautiful. Rubens to Dumas. Important advisors Elizabeth McGrath (Rubens and colleagues, Warburg institute Image of the Black in Western Art collection), Carl Haarnack (slavery in books), Elmer Kolfin (slavery in prints and paintings) en Adi Martis (contemporary art). Gary Schwartz made his research for The Image of the Black in Western Art available to me.

In 2012 my Anniversary book: 100 years Schiller 1912-2012 was published. Initiative, idea, text and editing (ES). Design and photography Monica Schokkenbroek.

In 2013 my book Cobra aan de gracht / Cobra on the Canal was published by Samsara publications.

In 2014 my essay ‘Painted Blacks and Radical Imagery in the Netherlands (1900-1940)’ was published in The Image of the Black in Western Art Volume V (I). (ed. David Bindman, Henry Louis Gates jr.)
(About f.i. On the terras, by Nola Hatterman but also Jan Sluijters, Kees van Dongen, Irma Stern and more)

In 2017 I published a book about the black servants at the Court of the Royal Van Oranje family. More than a thousand documents have been found about their lives. (only in Dutch)

All photos on this site are not intended for any commercial purpose. I have tried to trace all the rules and rights of all images. As far as I know, these images can be used in this way. If you ar a copyright holder and would like a piece of your work removed or the creditline changed then please do not hesitate to contact me.
estherschreuderwebsite@gmail.com
Dag Esther,
Wat leuk dat je zo ruim aandacht besteedt aan de tentoonstelling in Harderwijk, met ook deze mooie illustraties. Ik heb de mail doorgestuurd naar een aantal belangstellenden, vooral afstammelinngen van de Belanda Hitam. Wel zit ik met een raadsel: Jan Kooij getroffen door tien kogels? Heb je daar een bron voor? Ik heb dat nooit eerder gezien. In de teksten over Kooij is wel sprake van tien stuks geschut die hij ‘vernageld’ heeft, dwz onklaar gemaakt. Overigens, de Afrikaanse soldaten voeren rechtstreeks van Elmina naar Batavia. Alleen wie na afloop van de diensttijd opteerde voor terugkeer naar Afrika werd via Harderwijk gerepatrieerd. Al met al moeten zo’n 500 Afrikaanse soldaten tijdelijk gelegerd zijn geweest in het Koloniaal Werfdepot in Harderwijk.
vriendelijke groet,
Ineke van Kessel
> WordPress.com Op 5 september 2021 om 13:25 schreef Esther Schreuder : > > esther schreuder posted: ” Johan Coenraad Leich, Portret van Jan Kooij, 1882, coll Bronbeek Jan Kooij in Harderwijk Het stadsmuseum van Harderwijk, dat vlakbij het Koloniaal Werfdepot van het Nederlands Oost Indisch Leger ligt, wil vanaf dit jaar aandacht gaan besteden aan” >
Hi Ineke, Dank voor deze correcties betreffende de overtochten (logisch). De Nederlanders werden wel uit Harderwijk verscheept naar de Oost. Ik ga opzoek naar die tien kogels. Het zijn oude gegevens dus ( van voor 2008) dus ik moet diep graven. Misschien maakte ik destijds een denkfout bij het woord vernagelen. Multi-interpretabel woord. Ik pas het in ieder geval aan en zoek verder.
Hi Esther,
“vernagelen” is volgens het militair woordenboek een stuk geschut onklaar maken door een nagel in de vuurmond te drijven. Zodoende werd voorkomen dat het geschut in bruikbare staat in handen van de vijand zou vallen.
groet,
Ineke
oké dank ! Ik heb nu geen tijd om uit te zoeken waar ik die kogels vandaan had. Misschien een vergissing.