Wange Hendrik Richard van Bali, door Ernst Willem Jan Bagelaar, collectie Rijksmuseum
Een portret in een museumcollectie
Voor het onderzoek dat ik op het moment aan het doen ben, naar Willem Frederik Cupido en Guan Anthony Sideron, blader ik door digitale museumcollecties en schuim ik het internet af op zoek naar afbeeldingen van mensen met een Afrikaanse of Aziatische achtergrond in de achttiende eeuw in de Republiek der Nederlanden. Zo kwam ik in de collectie van het Rijksmuseum langs bovenstaand portret gemaakt door Ernst Willem Jan Bagelaar. Hoewel het portret in negentiende-eeuw is gemaakt is het toch ook uitermate interessant. Niet alleen omdat het een mooi is (knappe man, goed gemaakt), maar vooral omdat de geportretteerde een naam heeft: ‘Wange Hendrik Richard van Bali, de bediende van de kunstenaar Ernst Willem Jan Bagelaar.’ is de titel.
Portretten met de naam van mensen van kleur zijn zeldzaam. Portretten van bedienden met een naam ook.
Verder zoekend bleek dat er meer informatie over deze man te vinden is. Ron Siteur een nakomeling van de geportretteerde deed in 2003 onderzoek naar deze voorvader en publiceerde het op interenet in 2009, met aanvullingen. En Reggie Baay heeft in Daar werd wat gruwelijks verricht (2015), zelfs een heel hoofdstukje aan Wange gewijd. Want Wange blijkt een manuscript te hebben nagelaten over zijn leven als slaafgemaakte in Indië. Zijn familie heeft dit zorgvuldig bewaard.
Een korte samenvatting van de gegevens in Daar werd wat gruwelijks verricht:
Wange Hendrik Richard van Bali wordt in het dorp Leeot op het eiland Flores in de Indische archipel geboren rond 1798. Hij krijgt de naam Nai en is een van de kinderen van een slaafgemaakte en een landbouwer. Zijn moeder sterft kort na zijn geboorte en hij wordt de eerste jaren opgevoed door zijn oma, de moeder van zijn vader. Zijn vader en broers zetten hem af en toe aan het werk. Tot de slavenhouder de drie kinderen aan verschillende eigenaren verkoopt. Wange, was op dat moment waarschijnlijk ongeveer vijf. Zijn nieuwe eigenaar laat hem simpele klusjes doen. Na drie jaar is hij interessanter koopwaar geworden en wordt hij een aantal keer, waarschijnlijk met winst, doorverkocht.
Als hij ongeveer negen jaar oud is, ziet hij voor het eerst een witte: een Hollander. Hij is bang voor hem. Er volgt een vreselijke tocht met andere slaven in een boot richting Soerabaja. In 1807 wordt hij daar op een slavenmarkt verkocht aan kolonel Carel von Franquemont die hem al vrij snel doorverkoopt aan scheepskapitein Smits. En Smits verkoopt hem een maand later in 1808 door aan de Nederlandse zeeofficier Jan Hendrik Bagelaar.
Met deze eigenaar vertrekt Wange twee jaar later naar Europa. Daar aangekomen gaat in dienst bij Anne Suzanne Bagelaar, de zus van Jan Hendrik Bagelaar, en haar man Van der Chijs. Ze wonen in Delft.

Anna Suzanna Chijs Bagelaar door Ernst Willem Jan Bagelaar, collectie Rijksmuseum
Waarschijnlijk heeft hij daar leren lezen en schrijven. In 1818 wordt hij gedoopt en tien jaar later trouwt hij met de vijfentwintigjarige dienstmeid Rosella Jacoba van Dort waarmee hij vijf kinderen krijgt.
In Nederland krijgt Wange een vaste voet aan de grond en kan hij een redelijk normaal en vrij leven leiden.

Ernst Willem Jan Bagelaar 1775-1837, de broer van Jan Hendrik, leerde Wange bij zijn familie kennen en heeft hem vastgelegd in dit bijzondere portret. Mogelijk kreeg hij de opdracht van Wange zelf, gezien de zelfverzekerde blik van de geportretteerde. Aan niets is af te zien dat hij ‘door’ vele handen is gegaan. Of is er iets afstandelijks en verbitterds te zien?
Ernst Willem Jan Bagelaar, door hemzelf en Jan Willem Pieneman, collectie Rijksmuseum
Er is meer over Wange te lezen in Daar werd wat gruwelijks verricht: slavernij in Nederlands-Indië van Reggie Baay 2015.
Siteur wil, volgens Reggie Baay, een boek schrijven over deze voorouder van hem. De site
Esther Schreuder
About me:
In 2008 I was guest curator of the exhibition Black is beautiful. Rubens to Dumas. Important advisors: Elizabeth McGrath (Rubens and colleagues, Warburg institute Image of the Black in Western Art collection), Carl Haarnack (slavery in books), Elmer Kolfin (slavery in prints and paintings) en Adi Martis (contemporary art). Gary Schwartz made his research for The Image of the Black in Western Art available to me.

In 2014 my essay ‘Painted Blacks and Radical Imagery in the Netherlands (1900-1940)’ was published in The Image of the Black in Western Art Volume V (I). (ed. David Bindman, Henry Louis Gates jr.)

In 2017 I published a book about the black servants at the Court of the Royal Van Oranje family. More than a thousand documents have been found about their lives. (only in Dutch)

All photos on this site are not intended for any commercial purpose. I have tried to trace all the rules and rights of all images. As far as I know, these images can be used in this way. If you ar a copyright holder and would like a piece of your work removed or the creditline changed then please do not hesitate to contact me.
estherschreuderwebsite@gmail.com
Mooi verhaal of liever gezegd, mooie vondst, Esther!
Groet, Ineke Mok
PS. Een keertje afspreken, in november?
Ha Ineke. Het is niet echt een vondst, in mijn ogen, meer een samenvatting van andermans werk met afbeeldingen van de mensen zelf. Het portret van Wange is opvallend mooi vind ik. Er staat meer over hem in het boek van Baay In november afspreken is goed. Wel na 6 november.